Frederik van Beuningen

BEDRIJVEN ZIJN GEEN HANDELSWAAR

Een gesprek met Frederik van Beuningen, oprichter en mede-eigenaar van Teslin Capital Management, is een gesprek met een onafhankelijke geest. De telg uit het geslacht Van Beuningen ontvangt ons in het koetshuis op het fraaie landgoed Anderstein te Maarsbergen. In die even fraaie als rustieke omgeving deelt Van Beuningen zijn verhaal over meer betrokken aandeelhouderschap, meer oog voor familiewaarden in bedrijfsvoering en over de schoonheid van Nederlandse bedrijven.

Alhoewel Van Beuningen al zijn hele leven op het landgoed woont en werkt, geniet hij nog dagelijks van het familiebezit. Dat genot behoudt hij overigens niet exclusief aan zichzelf voor, want ook golfers en wandelaars koesteren zich tussen het groen en in een heerlijke voorjaarszon. “Dit is een inspirerende omgeving. Prettig om mijn zakelijke relaties te ontvangen en strategisch gelegen, midden in het land. Ik rij in no time naar de bedrijven waarin we met Teslin investeren.”

Het twintig jaar geleden, samen met Aleid Kruize, opgerichte bedrijf begon met beheertaken voor liefdadige stichtingen en vennootschappen en ging daarnaast investeren voor vermogende particulieren, verzekeraars en institutionele instellingen. Bovendien investeert Van Beuningen ook eigen geld in de gekozen investeringsdoelen. Dat zijn al twintig jaar ambitieuze Nederlandse beursgenoteerde bedrijven in het small en midcapsegment. Daartoe biedt Teslin onder andere de drie eigen fondsen Darlin, Todlin en Midlin aan. Daarnaast is Van Beuningen vice-voorzitter van de stichting Eumedion die actief is op het gebied van corporate governance, duurzaamheid en ESG-beleid en had hij zitting in de commissie Tabaksblat dat met de gelijknamige code onder andere de zeggenschap van aandeelhouders versterkte.

Al uw keuzes berusten, zoals Teslin het communiceert, op een consistente en heldere investeringsfilosofie. Hoe ziet die eruit?

Wij investeren alleen in zaken waarvan we verstand hebben. Daarom investeren we niet in banken, biotech en vastgoed, maar alleen in echte ondernemingen. Bedrijven die concrete dingen maken, zoals bijvoorbeeld een fietsenfabriek. Daarnaast willen we een betrokken aandeelhouder zijn, wat we vormgeven door actief van onze rechten gebruik te maken. Het hangt allemaal samen met ons basisprincipe, namelijk om door betrokken lange termijn aandeelhouderschap op een fatsoenlijke wijze waarde te creëren.

Hoe ziet dat betrokken aandeelhouderschap eruit?

Wij oefenen onze rechten uit en bemoeien ons dus actief met de verdeling van de winst, met de bestuursbenoemingen en met de honorering van directies en commissarissen. Maar betrokkenheid vertaalt zich ook naar loyaliteit. Wij zijn vaak veel langer aan bedrijven verbonden dan de directeuren en commissarissen die er werken.

Bemoeit Teslin zich ook echt actief met bestuursbenoemingen?

Jazeker. Elke commissaris die in een van onze ondernemingen wordt benoemd vragen we dan ook om eerst op de koffie te komen. Daar staan ze soms een beetje raar van te kijken, maar dan leg ik uit dat het altijd goed is elkaar te leren kennen voordat een benoeming plaatsvindt, omdat wij hen uiteindelijk moeten benoemen. Dat willen we uiteraard doen op een manier waarbij we ons plezierig voelen en dat lukt niet als je iemand moet benoemen die je helemaal niet kent.

Bent u als aandeelhouder ook betrokken bij het beleid en de strategische beslissingen van ondernemingen?

Grote strategieveranderingen dienen de goedkeuring van aandeelhouders te krijgen, maar we gaan niet over de strategie, al wordt dat weleens gedacht. Als wij investeren in een fietsenfabriek, dan weten we heel concreet waar we instappen. Als dat bedrijf ineens een heel andere activiteit wil ontplooien, dan willen wij daarvan op de hoogte worden gebracht en ook uitgelegd krijgen waarom men die stap voornemens is. Als dat een grote strategische verandering inhoudt, dient men dat ook ter goedkeuring aan ons voor te leggen. Maar met het beleid hebben we niets te maken, in zoverre dat we alleen zeggen dat bestuurders voor het salaris dat ze krijgen een goed beleid moeten voeren. Blijft een onderneming drastisch achter ten opzichte van haar peers, dan laten we onderzoeken waarom dat zo is. En blijkt dat aan verwijtbaar slecht bestuur te liggen, dan vragen wij betrokken bestuurders op de eerstvolgende AVA om terug te treden.

Waarom investeren in Nederlandse bedrijven?

Wij vinden dat er hele mooie beursgenoteerde bedrijven zijn, die niet duur zijn. Het is bovendien makkelijk dat ik nooit op een vliegtuig hoef te stappen, maar met de auto even naar Veghel of Heerenveen kan rijden om onze bedrijven te bezoeken. Ondernemers komen ook makkelijk hier, dus je hebt vrij veel en laagdrempelig contact. Bovendien delen we een gemeenschappelijke cultuur, dus dat praat makkelijk. Daar komt het fiscale voordeel bij van de deelnemersvrijstelling, die geldt bij een minimale deelneming van vijf procent in het vermogen van het bedrijf waarin je belegd bent. Dat mes snijdt aan twee kanten, want door zo’n substantiële deelneming kun je als aandeelhouder ook echt invloed uitoefenen. En dat is precies wat wij willen.

Van Beuningen verbaast zich nog altijd over de kracht van veel Nederlandse bedrijven en over het feit dat daar in Nederland zo weinig belangstelling voor is. Hoewel hij het wel kan verklaren. “Heel veel middelgrote en kleine bedrijven worden niet meer gevolgd door financiële instellingen en zijn daardoor onder de radar gekomen. De banken kijken niet meer naar dat soort bedrijven en zodoende tonen ook pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen weinig belangstelling meer. Ga je naar een bank, dan vragen ze daar als eerste in welk beleggingsfonds je wilt. Ze zullen daar nooit vragen ‘wilt u in Sligro, Koninklijke Olie of Philips?’ Want daar heeft een vermogensbeheerder van een bank geen verstand van. Zij praten bij voorkeur over liquiditeit, terwijl wij over bedrijven praten. Fantastische Nederlandse bedrijven, waarover onze conclusie is dat een aantal daarvan wel goed zijn, maar niet duur. Ik vind dan ook dat onder andere pensioenfondsen veel laten liggen door deze bedrijven niet in portefeuille te hebben.”

Hoe selecteert Teslin die aantrekkelijke Nederlandse bedrijven?

Je kent van elk van de honderd beursgenoteerde bedrijven wel zo ongeveer de historie en je schat tevens de verwachtingen in. Als je vervolgens de vijftig procent betere bedrijven kiest en je dan óók nog bezig houdt met zaken als dividendpolitiek, goed bestuur, goede commissarissen en een goede directie, dan zijn je rendementen al snel bovengemiddeld. Maar een actieve houding is daar dus wel een belangrijk element in. Wij proberen ons altijd een beeld van een bedrijf te vormen door medeaandeelhouders te bezoeken, het bedrijf te bezoeken, te kijken naar wie de bestuurders zijn, maar ook naar wie de concurrenten zijn. We willen een helder totaalbeeld van het bedrijf en zijn omgeving opbouwen.

Zelf bent u onderdeel van een vermogende familie en opereert u sterk vanuit familiewaarden. Waarin schuilt de kracht daarvan?

In de gerichtheid op de langetermijn, op continuïteit. Ik zie het ook bij de vermogende families waarmee ik zaken doe. Helaas zie ik overigens ook dat sommige families vanwege een argwaan jegens de beurs, daar niet aan genoteerd willen staan. Dat is uiteraard een keuze, maar ik betreur dat wel. Kijk je bijvoorbeeld naar de familie Slippens, eigenaar van food groothandel Sligro, dan zie je dat die eenderde van het aandelenkapitaal in eigen hand houdt, dat eenderde van de aandelen in handen van een aantal grote partijen is en dat eenderde zich op de beurs bevindt. Dat is naar mijn overtuiging de beste van alle werelden, de langetermijnvisie aan de ene kant en de tucht van de beurs aan de andere kant. Dat leidt tot fraaie ontwikkelingen. Dat zouden meer familiebedrijven zo moeten doen.

Onze doelgroep is de financiële sector. Nu heeft u zich daar regelmatig kritisch over uitgesproken. Wat zou u willen zien veranderen om de sector een beter imago te geven?

Om te beginnen moeten we het veel simpeler maken. Banken hebben een bepaalde functie en dat is geld uitlenen en binnenhalen. Dat is hun nutsfunctie. Alle andere activiteiten, zoals fusies en overnames, zou ik eigenlijk ondergebracht willen zien in aparte investment banks. Dan weet je tenminste waar je aan toe bent. Banken zouden bovendien een langetermijnvisie moeten ontwikkelen waardoor ze ook op een langetermijnperformance kunnen worden afgerekend. Daarop worden wij als Teslin ook afgerekend door onze investeerders. De manier van denken binnen de bancaire sector moet echt veranderen. Men moet ophouden alles af te rekenen op provisies, want dat is gebleken een verkeerde prikkel en een doodlopende weg te zijn. De noodzakelijke cultuurverandering moet het inzicht laten doorbreken dat bedrijven geen handelswaar zijn.

Als Partners at Work leveren wij de nieuwe generatie bankiers. Wat zou u ons daarin willen adviseren?

Headhunters doen goed werk en wij gebruiken ze in toenemende mate bij de selectie van bijvoorbeeld commissarissen. Maar ik vind dat een goede directie er ook voor moet zorgen dat er intern goede verjonging doorkomt. Dus dat je je succession planning goed regelt. Daar kan een headhunter onmiskenbaar een bijdrage aan leveren. Het gaat binnen bedrijven om teams en op de samenstelling daarvan kan een headhunter van invloed zijn. Als de cultuur van een bedrijf specifiek is moet je als headhunter dus heel goed weten wie je daar plaatst. Dat zou zeker bijdragen aan een gezondere toekomst voor de sector.

Auteur: Baart Koster

Fotograaf: Bettina Traas